woensdag 20 juni 2012

Medische emancipatie

In hoeverre moet een ouder macht hebben over een kind? Dat is waar de rechtszaak in de film My Sister’s Keeper over gaat; het kind wil medische emancipatie: macht over het eigen lichaam.
Dat lijkt vanzelfsprekend, maar er zijn maar heel weinig kinderen die bloedtests en routinechecks zouden ondergaan zonder druk van een ouder. De zeggenschap van een ouder over een kind is over de hele wereld erkend, hoewel kinderen, op de korte termijn althans, het liefst de macht die dit de ouders geeft zelf zouden hebben. De twee argumenten die hierbij tegenover elkaar staan zijn dat a) een kind een volwaardig mens is en dus autonoom moeten kunnen zijn en b) dat kinderen nooit ten volle bij verstand zijn en dat anderen daarom voor hen moeten beslissen. De hersenen van kinderen zijn nu eenmaal zo dat ze nog niet goed kunnen voorspellen wat de consequenties van hun acties zijn , en dat als die ze verteld worden ze zich er weinig bij kunnen voorstellen. Toch is moord van een kind ook moord, en wordt fysiek straffen als huiselijk geweld veroordeeld. Er is dus een idee dat kinderen net als andere mensen moeten worden beschouwd – als dat mogelijk is. Kunnen medische ingrepen die duidelijk ten nadele van het kind werken, nog wel worden uitgevoerd in een maatschappij die kinderen op zo’n manier beschouwt, ongeacht het doel van de ingreep? Met dezelfde gedachte, mag een kind verwekt worden met als enige doel een ander te helpen overleven? Dat is een kwestie voor de filosofen onder u.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten